Fase 2:
Bouwen
Wanneer de koers en het fundament duidelijk zijn, begint het echte werk: Samen bouwen.
In deze fase draait het om het zichtbaar maken van de samenhang in de organisatie en het betrekken van iedereen die daar invloed op heeft.
Geen plannen over medewerkers, maar met medewerker.
Afhankelijkheid
Ik breng de onderlinge afhankelijkheden in kaart tussen teams, afdelingen en rollen.
Vaak blijkt dat processen niet stuklopen op onwil, maar op misverstanden of losse verbindingen tussen mensen. Door deze verbanden zichtbaar te maken, ontstaat bewustzijn: Niemand werkt op een eiland, iedereen is onderdeel van het geheel.
Ik werk graag in open sessies, waar medewerkers, leidinggevenden en soms ook ondersteunende diensten samen onderzoeken wat beter kan.
Progressief werken betekent hier: Leren van wat er al goed gaat en dat gebruiken als basis om verder te bouwen.
Het gesprek gaat niet over fouten, maar over wat nodig is om een volgende stap te zetten.


Communicatie
Communicatie speelt in deze fase een grote rol.
Ik houd iedereen op de hoogte van wat er gebeurt en waarom.
Vaak via een maandelijkse update of nieuwsbrief waarin ik kort deel: Wat er is gedaan, wat opvalt en wat de volgende stap wordt.
Zo blijft het proces transparant en blijven mensen betrokken, ook als niet alles tegelijk kan.
Moreel leiderschap betekent in deze fase: Recht doen aan ieders perspectief zonder tempo te verliezen.
Dat vraagt om duidelijke keuzes, eerlijke gesprekken en respect voor de werkelijkheid van het werk.
Ik zorg dat besluiten uitlegbaar zijn ook voor wie het er niet mee eens is.
Aan het einde van deze fase is er beweging. Mensen zien het grotere geheel, snappen hun rol en voelen eigenaarschap.
De organisatie begint weer als één systeem te functioneren, met richting, samenhang en een groeiend vertrouwen dat verandering werkt.
